Blog – 19
19
In World War II, The average age of the combat soldier was twenty-six
In Vietnam, he was nineteen, In Vietnam, he was nineteen, N-n-n-n-nineteen
19 - Paul Hardcastle
We came in spastic like tameless horses
We left in plastic as numbered corpses
Goodnight Saigon – Billy Joel
Mijn zoon is 19. Hij is een fantastische kerel, maar zelf weet hij dat nog niet. En dat is logisch, want hij is 19. Hij staat aan de voordeur van zijn man-zijn en moet zichzelf nog (uit)vinden. Om de koning van zijn eigen koninkrijk te worden, dient hij dat koninkrijk nog voor zichzelf te veroveren. Hij moet zijn moed nog vinden en zijn waardigheid nog tonen. De natuur heeft hem daarvoor overladen met overmoed en het vertrouwen dat hij onsterfelijk en onoverwinnelijk is, samen met een haast onbedwingbare levenslust en zucht naar uitdagingen en gevaar. Niet alle jongens voelen deze drang hetzelfde, maar hij sluimert in elke jongen. Ook in meisjes trouwens, al zijn zij meer gericht op hun voorkomen dan op hun daden, maar ik heb een zoon van 19 en niet een dochter van 19.
De kernbehoefte die aan deze natuurlijke drang ten grondslag ligt, is die van autonomie en verbinding. De lust om jezelf, samen met anderen, in het leven te zetten. Binnen de context van dit verhaal kun je autonomie vertalen als het ontwikkelen van identiteit: je onderscheiden van de rest door uniek te zijn en door jouw persoonlijke kwaliteiten te ontwikkelen. Verbinding is dan het ontwikkelen van collectiviteit, het samenvallen met de rest, oftewel onderdeel van de groep worden door je aan te passen, te conformeren, erbij te horen. In het leger hebben ze dit prima begrepen. Wie zich het beste conformeert binnen zijn onderdeel, wordt onderscheiden.
Er zijn mannen en vrouwen met macht die zo beschadigd zijn dat ze weinig of geen levenslust, en dus autonomie of verbinding, meer kunnen voelen. Ze zijn de toegang tot hun eigen kwaliteiten kwijt en daarmee het vermogen tot het samenvallen met de groep. De pijn die dat doet, is voor hen ondraagbaar en dus moet iemand anders die pijn dragen. Een jongen van 19 – en hij mag ook best een beetje jonger of ouder zijn – voldoet daarvoor prima. In het leger hebben ze dat prima begrepen en faciliteren deze jongens met de droom van uitdagingen en gevaar.
Danger? Ha! I laugh in the face of danger. Ha ha ha ha – Simba (The Lion King)
Mijn zoon is 19 en hij trapt in die droom. Niet omdat hij te stom is om te begrijpen dat oorlogen niet gevochten worden voor het verdedigen van de democratie, maar het verdedigen van de hegemonie. Niet voor het verdedigen van volk en vaderland, maar voor het vernietigen van een ander volk en hun vaderland. Niet omdat hij verstandelijk niet kan begrijpen dat er niks waardigs aan is om met een kapotgeschoten gezicht, jammerend om je mama, langzaam en alleen in een modderige loopgraaf te sterven. Dat het niet moedig is om samen met je kameraden op jongens van 19 af te stormen om hun lichamen te doorzeven met kogels en granaten voordat ze koning van hun eigen koninkrijk kunnen worden.
Hij kan bedenken dat de gruwelen van het slagveld psychisch niet door een mens te dragen zijn, en tegelijk overtuigt de overmoed hem ervan dat hij dat wel kan. Hij kan rekenen en weet hoeveel procent van de jongens nooit meer thuiskomen, en hoeveel alleen nog fysiek thuiskomen, maar hun ziel achterlaten op een bloed doordrenkte, godvergeten plek op aarde waar ze toevallig de vijand tegen het lijf liepen, op een bermbom reden, of geraakt werden door een drone, bestuurd door een jongen van 19 – of een beetje jonger of ouder – die toevallig door het vele gamen goed met een joystick overweg kan. Tegelijk zegt zijn levenslust dat hij dat wel kan dragen. Zelfs al weet hij dat hij dat niet kan. Maar de natuur is nu eenmaal sterker.
Het ergste schrikbeeld van een ouder is de dood van hun kind. Misschien is vermissing de echte nummer één, want hoewel we daar niet als eerste aan denken, is de voortdurende onzekerheid mogelijk nog ondragelijker dan het verdriet van het verlies. Op de derde plaats zouden we lichamelijk letsel kunnen plaatsen en dan is psychisch letsel (trauma) een mooie vierde. De laatste twee zijn namelijk sterk gekoppeld aan de tweede angst van elke ouder: dat hun kind niet gelukkig of succesvol zal worden. Hoe is het dan mogelijk dat ouders hun kinderen iets laten doen waarbij ze met zekerheid weten dat hem of haar een van de vier grootste angsten die ze voor hun kind hebben zal overkomen, en daarbij ook nog een grote kans loopt op meerdere van de vier – of nog erger, een van de eerste twee angsten: vermissing of dood? Het antwoord vinden we op de keerzijde van de medaille van moed en waardigheid, onderscheiding en erbij horen.
Ik ben 59. Ik vind mezelf best een oké kerel, maar zelf weet ik dat pas sinds kort. En dat is logisch, want ik ben 59. De achterdeur van zijn man-zijn komt langzaam in beeld. Ik heb veertig jaar in het duister getast over wie ik was en waar mijn koninkrijk verborgen lag. Ik ben veertig jaar bezig geweest met vechten en zoeken naar moed. Ik heb tot uitputting toe gewerkt om mezelf te bewijzen en mijn waardigheid te tonen. Tot enkele jaren geleden iemand naast me kwam staan, liefdevol een arm om me heen sloeg en het licht aanknipte. Toen zag ik pas dat ik tegen mijn eigen schaduwen aan het vechten was. Toen viel me pas op dat ik al veel bereikt had, maar het in het donker niet kon zien. Toen werd me pas duidelijk dat ik al mijn hele leven in een spiegel keek en dat de vijanden in het donker tegenover me eigenlijk delen van mezelf waren, weerspiegeld in de spiegel. Dat al mijn vechten in de fysieke wereld buiten mij een uitbeelding was van de strijd die ik in mijn hoofd leverde om mijn eigen koningschap te aanvaarden.
Tegenover de moed staat de angst en de lafheid, tegenover de waardigheid de angst en schaamte van het falen. Tegenover de levenslust de zinloosheid. Elke medaille kent zijn keerzijde, elke glorie zijn schaduw. Wie geen koning wordt, zal moeten leven met het ongemak en de pijn van de gemiste kansen, de niet-vervulde ambities, de niet-ingevulde verlangens, het onvermogen om zich aan te passen, te conformeren, erbij te horen. Wie ermee leert leven, wordt koning.
Ik ben 59. Elke keer dat ik mijn zoon van 19 zie, of hem in de ogen kijk, word ik geconfronteerd met al mijn tekortkomingen. Ik zie mijn uitputtende onvermogen om voldoende moed te vinden om te worden wie ik werkelijk ben in hem weerspiegeld. Ik zie mijn schrijnende eenzaamheid, die voortkomt uit mijn onvermogen om voldoende samen te vallen met mijn omgeving, in zijn ogen weerspiegeld. Ik zie ook al mijn en zijn potentie, de kwaliteiten die mij en hem zo uniek maken. Opvoeding en school hebben me echter getraind om op het negatieve te focussen, dus valt het positieve me niet meer op.
Er zijn mannen en vrouwen met kinderen die zo beschadigd zijn dat ze weinig of geen levenslust, en dus autonomie of verbinding, meer kunnen voelen. Het is hen nooit gelukt om koning of koningin te worden, en telkens als ze naar hun kind kijken, worden ze geconfronteerd met hun angst, lafheid, falen en de schaamte van het er niet bij horen. De pijn die dat doet, is voor hen ondraagbaar en dus moet iemand anders die pijn dragen. Hun kind van 19 – en hij of zij mag ook best een beetje jonger of ouder zijn – voldoet daarvoor prima. Natuurlijk weten ouders dat de pijn die het kind lijdt hun eigen pijn niet oplost. Natuurlijk doet geen enkele ouder dit bewust, en doet het niets af aan de diepe liefde die ze voor hun kind voelen. Maar de natuurlijke drang tot conformeren is sterker.
Mijn zoon is 19. Hij is een fantastische kerel, en om daar zelf achter te komen, heeft hij iemand nodig die liefdevol een arm om hem heen slaat en net voldoende licht aanknipt dat de spiegel zichtbaar wordt. Hij heeft voldoende levenslust, moed en is waardig genoeg om daarna zelf zijn schaduwen te bevrienden en koning te worden van zijn koninkrijk.
Ik ben 59. Er zijn niet zoveel schaduwen – en dus vijanden – meer om tegen te vechten. Hooguit nog een paar mannen en vrouwen met macht die …
Ik ben 59. Ik heb een zoon van 19 en ben goed op weg om koning van mijn eigen koninkrijk te worden. Ik heb een heel groot en diep verlangen: dat mijn zoon ooit 59 zal zijn en hetzelfde kan zeggen.
Van Marcel
Voor V
Marcel Swelsen is trainer van o.a. Mannenwerk: De Initiatie en De Tocht naar Huis, en van Seksualiteit als Bron.
20 mei 2025